Boerenerf en hekwerken
Hekwerken bij boerenerven kennen vele verschijningsvormen en functies. Oude hekken die wij als Erfgoedhoveniers terugzien, hebben naast een praktische functie vaak een symbolische betekenis. De kunst voor Erfgoedhoveniers is (historische) hekken op het boerenerf te laten aansluiten bij de huidige tijd.
Functie versus uitstraling
De functie van het hek bij boerderijen was in eerste instantie om het vee op het erf te houden. Het vee bracht een substantieel deel van de tijd door op het erf. Daarom bestond de toegang tot het erf vaak uit een breed hek voor het vee met daarnaast een klein (loop)hek voor de boer en boerin. Veelal was dit hek wit geschilderd. Een hekwerk bakent ook de (interne) perceelgrenzen af.
Voor een keuterboerderij trof je niet snel een gedetailleerd kostbaar hek aan.
Functionaliteit was prioriteit nummer één. Fraaiheid stond op de tweede plek. Voor een keuterboerderij trof je dan ook niet snel een gedetailleerd kostbaar hek aan. Weidehekken aan de kant van de openbare weg waren meestal geschilderd. Terwijl de hekken midden in de weilanden nauwelijks werden onderhouden. Siersmeed hekwerken of hekwerken van dure houtsoorten waren bedoeld ter verfraaiing en dienden ook als statussymbool.
Status, symboliek en signatuur
Oorspronkelijk werden hekken van lokale houtsoorten gemaakt. Helaas behoren deze tot de ‘verdwenen generatie’. De meeste oude hekken die we nog aantreffen zijn van (smeed)ijzer gemaakt. Dit is eenvoudig te verklaren. IJzer gaat immers langer mee dan hout. Heel soms komen we nog vakkundig gemaakte decoratieve houten hekken tegen. Van een type worden dan vaak meer exemplaren aangetroffen. Allemaal gemaakt door een plaatselijke timmerman met een herkenbaar ‘signatuur’.
Iedere streek had zijn eigen hekwerken en poorten.
Iedere streek had dus zijn eigen hekwerken en poorten. Denk hierbij ook aan alle verschillende stijlen damhekken en materialen zoals wilgentenen en de toepassing van herkenbare kleuren. Bijzonder zijn de hekken in de boerderijdorpen Rouveen en Staphorst. Deze zijn in de voor die dorpen kenmerkende blauwe kleur geschilderd.
Gezocht: sterke dragers van hekwerken
Een hek moest vanzelfsprekend ergens aan bevestigd worden. De manier waarop dit gebeurde liep erg uiteen. De basis is bijna altijd dampalen: betonnen, stenen of (giet)ijzeren palen die de oprit markeren en waaraan een hek was bevestigd. Gietijzeren hekpalen waren kostbaar. In de tweede helft van de 19de eeuw ging dit vaak om Haags ijzerwerk, afkomstig van de ijzergieterij en machinefabriek ‘De Prins van Oranje’ te ’s-Gravenhage.
Symbolen in hekwerken
Zoals aangegeven was naast functionaliteit ook de nodige symboliek terug te vinden in oude hekken. Vaak te herleiden uit Keltische, Germaanse en Christelijke culturen. Veelal erg stilistisch weergegeven.
• Haan: weert onweer en nachtelijk duister af en verjaagt boze geesten.
• Paard: staat voor het hagelwitte ros Sleipnir afkomstig van de Germaanse oppergod Wodan.
• Pijnappel: vruchtbaarheidssymbool.
• Odal: bescherming van huis en hof.
• Ing: vruchtbaarheidssymbool.
• Zon in hoek van een hek: gelukszon.
• Lelie: reinheid.
• Lisbloem: het licht.
• Lelie, iris en lotus staan symbool voor leven, geboorte en wederopstanding.